Een ogenblik geduld, de stukjes die er zijn worden geladen, dat duurt even.

Hemels Brood 6828

Ik zie wanneer iemand eerlijk is, en Ik zie wanneer iemand niet eerlijk is. Daarbij zie Ik ook wanneer iemand denkt dat hij eerlijk is, dat hij gelijk heeft, terwijl dat niet zo is.

Nogal eens wordt er door mensen gedacht dat zij eerlijk zijn, maar zij geven daarbij geen gehoor aan de zachte waarschuwing diep in hen, of mensen denken alle gegevens te hebben om een eerlijke mening te hebben, terwijl zij niet alle gegevens hebben. Iemand kan wat hem verteld is geloven en daarmee denken eerlijk te zijn, terwijl wat hij als waarheid geloofde, geen waarheid was. Eerlijkheid is niet altijd verbonden aan de eigen vaste overtuiging en Ik zie veel overtuigingen bij mensen die niet op waarheid berusten. Juist die overtuigingen zijn moeilijk te doorbreken.

Denk nu niet dat dit bij jou, of bij jou, niet zo is, want werkelijk ieder mens heeft overtuigingen die deels of helemaal op onwaarheid berusten, maar die onwaarheid wordt niet gezien en dat heeft verschillende oorzaken. Sommige overtuigingen berusten op overlevering, op wat iemand van jongs af aan geleerd is, sommige berusten op een zekere ervaring waarbij het zicht vertroebeld was, andere overtuigingen hebben met eer, met bezit, met hoogmoed te maken, met trots, en dan zijn er die met een bepaalde religie, een bepaald geloof te maken hebben, overtuigingen die zo moeten zijn, om bij de groep te horen.

Uit al die verschillende overtuigingen komt veel oneerlijkheid voort, zonder dat mensen daar op een eerlijke manier over willen nadenken. Want het geeft hen iets om aan vast te houden en het geeft verwarring en onzekerheid wanneer een overtuiging niet waar blijkt te zijn. Daarom gaan mensen een aanval op hun overtuigingen uit de weg, worden boos en verdedigen zich. Een overtuiging loslaten is voor de meeste mensen iets loslaten waaraan zij houvast hebben, loslaten is toegeven ongelijk te hebben en dat voelt als een vernedering, als gezichtsverlies. Niemand wil dat, en dat maakt dat elke overtuiging moeilijk losgelaten wordt voor de waarheid.

Totdat er een situatie ontstaat waarbij de overtuiging geen stand kan houden. Zo’n moment is onaangenaam. Daarom zeg Ik, kom bij Mij en kijk met Mij samen naar je overtuigingen, zodat je ze kunt loslaten voordat er zo’n onaangenaam moment komt. Want uit ware liefde zorg Ik dat er zo’n moment komt. Dat is ook Mijn liefde.

Hemels Brood 6826

De barmhartige Samaritaan, hij hielp een medemens in nood terwijl anderen die mens in nood voorbijliepen, omdat hij niet van hun status was, omdat hij gezien werd als een vijand, omdat het hen niet paste met hem gezien te worden, het zou hun aanzien verlaagd hebben.

Maar de Samaritaan bedacht zich niet, maakte zich om al die dingen niet druk, accepteerde dat zijn status geschonden zou worden, dat hij ongewenst zou worden, en hielp de mens in nood uit liefde en zorgde ruimschoots voor al het nodige. Hij bedacht zich geen moment en hielp. In die tijd was dat heel ongebruikelijk, maar ook nu is er niet veel veranderd. Al gaat het niet om zo’n soort hulp, toch, ook in deze tijd worden veel mensen benadeeld om hun kleur, hun afkomst, hun geaardheid, hun gezondheid, hun leeftijd, hun geslacht, enzovoorts. Mensen zijn in hokjes gezet en hoewel standen en rangen vergeleken bij eerdere tijden afgevlakt zijn, zijn er toch grote verschillen tussen mensen die een rol spelen bij de manier van omgaan met elkaar.

Nu is het vaak wel moeilijk om te kunnen zien of mensen eerlijk zijn, want onbetrouwbaarheid viert hoogtij, mensen worden bedrogen met mooie verhaaltjes die waar lijken te zijn, maar het niet zijn. En wie gelooft in de barmhartige Samaritaan en zelf zo iemand wil zijn, die komt regelmatig bedrogen uit. Wat tot gevolg heeft dat meer en meer mensen hun eigen weg gaan en niet meer zo gemakkelijk een hand uitsteken naar mensen in nood, want velen doen zich voor in nood te zijn en bedriegen degenen die hulp bieden. Wees daarom alert wanneer je om hulp gevraagd wordt en kom eerst in je hart bij Mij.

Het is geen schande om “nee” te zeggen wanneer het in jou niet goed voelt. Want Ik ben het Die jou innerlijk waarschuwt terughoudend te zijn en Ik ben het die je aangeeft te helpen wanneer dat echt nodig is. Maar velen van jullie die barmhartig voor hun medemensen willen zijn, stellen geen grenzen, en dat is in allerlei opzichten wel nodig. Juist ben je barmhartig wanneer je een keer “nee” zegt, als Ik je dat in je hart aangeef, want dan is het beter om die ander te laten zoals het is. Maar bepaal dat niet zelf, kom steeds in je hart bij Mij en dan zul je barmhartig zijn uit Mij, wanneer dat werkelijk goed is.

Hemels Brood 6824

Er is geen beter mens dan een ander mens. Het is wel zo, dat de ene mens meer naar liefde handelt dan de andere mens, en daartussen kunnen heel grote verschillen zitten.

Toch is het meer naar liefde leven dan een ander geen eigen verdienste, want doorgaans gaat dat van nature. Er zijn wel situaties waardoor iemand meer tot het kwade gaat neigen dan bij het goede te blijven, maar ook dat heeft voor een groot deel te maken met aanleg. En het is ook zo, dat iedereen de vrije keus heeft om zelf te besluiten om aan de neiging tot het kwade wel of niet toe te geven. Daarin ligt het verschil tussen de ene mens en de andere.

Maar de verhouding tussen wat iemand die een liefdevolle natuur heeft doet, en wat iemand die meer tot het kwade geneigd is doet, en de basis waarop zij hun keuzen maken, is gerelateerd aan hun verschil in aanleg, welke Ik alleen precies weet. Daarom kan iemand zich wel beter wanen dan een ander, omdat hij minder kwaad doet dan die ander, maar hij weet de mate van aanleg van hemzelf en van die ander niet. Hij kent de verhouding niet, alleen Ik ken die.

Er staat geschreven oordeel niet, opdat je zelf niet geoordeeld wordt. Want geen mens is in staat om een medemens te oordelen. Kwaadwillende mensen mogen in hun kwade doen en laten gestopt worden ter bescherming tegen het leed dat zij medemensen kunnen aandoen, maar voel je daarbij niet beter, want wat je misschien beter doet, is je van nature gegeven, is Mijn genade, is Mijn liefde voor alle mensen. Zelfs onder jullie gelovigen zie Ik oordeel over elkaar, oordeel over wat ongelovigen doen en laten, en Ik zie dat vaak niet beseft wordt dat geoordeeld wordt.

Ik zeg dit uit liefde, niet anders dan uit liefde, om jullie wakker te houden, wakend voor gedachten die binnen kunnen sluipen wanneer je ziet wat anderen misdoen, wat je denkt zelf niet te zullen doen. Weet dan, dat dat niet jouw verdienste is, omdat het niet in je aard ligt, omdat Ik ervoor gekozen heb dat het niet in jouw aard ligt. Het gaat om het eeuwig gelukzalige leven van alle mensen, daarom heb Ik het goede en het kwade in talenten, in aanleg, zodanig onder alle mensen verdeeld, dat het allemaal ten dienste staat aan Mij en het doel van jullie verblijf op aarde, dat is, dat alle mensen tot het ware gelukzalige leven komen.

Hemels Brood 6822

Jij, lief mens, bent onderdeel van het grote geheel, zoals een druppel water onderdeel is van de grote zee. Toch, al is die druppel water één met de grote zee, hij blijft de druppel die hij is. Zo blijf jij de persoon die je bent, al ben je ook deel van het grote geheel.

Dat grote geheel is niet alleen de hele mensheid, maar is de hele oneindigheid, Die Ik Ben, het ware Leven. En zo jij Mij in je aanwezig hebt, zoals ieder mens Mij in zich aanwezig heeft, heb jij met Mij in jou de hele oneindigheid van Leven in je, de hele Schepping, Alles wat Is. Alleen, niet van alles wat met Mij in jou aanwezig is, heb jij het juiste besef. Je hebt enig besef, maar nog lang niet veel meer dan een paar procent van alles. Maar dat kleine beetje besef dat je hebt, is wel heel belangrijk voor je, want het is het besef van Mij, van Mijn ware bestaan, van Mijn liefde en haar wijsheid, van Mijn werkelijk Leven en het besef dat je in jou Mij kunt ontmoeten, met Mij kunt spreken, en het beste advies van Mij kunt krijgen.

Hoewel je daarmee nog nauwelijks iets van de Schepping en haar eeuwig oneindige betekenis doorziet, is dat het meeste waard, Mij en Mijn ware liefde te kennen. Want zou je alles kennen en weten, alles begrijpen van wat de Schepping is en betekent, zou je alle bouwstenen van de hele Schepping tot in de oneindigheid kennen tot in detail, maar Mij niet, Mijn liefde niet, dan zou dat geen enkele waarde voor je hebben. Hoe weinig je van het grote geheel weet, zo belangrijk is het dat je Mij kent, met Mij in je hart spreekt, Mijn adviezen beluistert en zoveel mogelijk naar Mijn waarheid, Mijn liefde en haar wijsheid handelt.

Het ware geluk zit in het kleine, niet in het grote. In het kleine beetje besef dat je van Mij hebt, zit al jouw geluk, want dat is jouw leven, Die Ik Ben. Dat beseffen is het besef eeuwig leven te hebben uit Mij, dat is belangrijker dan alle kennis van de hele oneindigheid. Daarom, vors er niet naar om alles van de Schepping, van de hele oneindigheid te leren kennen en doorgronden, leer Mij in jou meer en meer kennen en naar Mijn liefde te leven, dan leer je vanzelf al het andere kennen. Want werkelijk alles kennen ligt erin Mij te kennen en Mijn liefde en haar wijsheid te doen, vanuit Mij in je hart.

Hemels Brood 6820

Juist de eenvoudigen van hart kunnen Mij het best verstaan. Juist degenen die zich nergens op voorstaan, die Mij in hun hart liefhebben, omdat zij Mijn liefde regelmatig in hun hart voelen en zonder enig bewijs weten, eenvoudig weten dat Ik hun leven ben, kunnen Mij verstaan, zonder daar zelf aan toe te voegen, zonder Mijn Woord te verdraaien of te veranderen, juist omdat zij in alle eerlijkheid Mijn ware Woord willen horen, Mijn liefde willen voelen en Mijn adviezen willen opvolgen.

Ik zeg niet dat zij volmaakt zijn in al hun doen en laten, want dat zijn zij niet, maar hun streven is zuiver en eerlijk, zonder bijbedoelingen, en zij weten ook dat alles door Mij gezien en geweten is en wordt. Zij proberen zich niet voor Mij te verbergen maar erkennen wanneer zij hun eigen wil gedaan hebben. Ook al zijn zij vrij om hun eigen wil te doen, zodra zij bemerken dat zij Mijn raad niet gevraagd hebben, of Mijn raad niet opgevolgd hebben, toegegeven hebben aan de verleiding om zonder Mij te handelen, komen zij op zeker moment bij Mij en spreken zich uit over alles waarvan zij beseffen dat zij beter naar Mijn raad gehandeld hadden.

Zij werken in Mijn wijngaard en niets is hen teveel, en hun eigen wil en tekortkomingen beseffen zij daarbij maar al te goed. Ook op hen heeft de wereld effect, ook zij ondervinden pijn en verdriet, ook zij worden niet gespaard voor de gevolgen van de afdwalingen van liefde en waarheid. Toch houden zij steeds weer Mijn liefde en haar wijsheid voor ogen, en toch komen zij steeds weer terug in hun hart bij Mij. Jullie zijn Mij zoveel je kunt, en Ik heb jullie lief, oneindig lief!

Hemels Brood 6829

Ieder mens heeft verlangens, heeft dromen over hoe hij zijn leven graag ziet verlopen. Sommige dromen komen uit, maar de meeste dromen blijven een verlangen.

Mensen kunnen hard werken om een droom tot werkelijkheid te laten worden, terwijl die droom nooit uitkomt, en mensen kunnen daardoor teleurgesteld raken. Dat komt meestal doordat zij geen rekening houden met de invloed van hun medemensen en niet beseffen hoe alles met elkaar verbonden is, hoe ieders handelen invloed heeft op elkaar. Dan kun je hard werken en toch vallen, niet omdat je het niet goed deed, maar omdat je niet zag wat de dromen en verlangens van je medemensen zijn, waaraan zij werken.

Mensen werken vaak langs elkaar heen voor zichzelf, hoe zij denken dat zij het beste hun doel kunnen bereiken, en velen weten niet dat er in het grote geheel slechts één doel is, en dat is niet ieder voor zich, maar allen tezamen, om tot het enig ware levensgeluk te komen. Maar zelfs jullie, die het doel van jullie verblijf op aarde enigszins begrijpen, hebben een persoonlijke agenda voor je aardse leven, met doelen voortkomend uit verlangens en eigen ideeën om dingen voor elkaar te brengen. Dat begrijp Ik, en het is ook jullie vrijheid, die Ik jullie altijd laat. Maar bedenk je van tijd tot tijd toch ook of je verlangens het doel van je verblijf op aarde niet in de weg staan, je een zekere blindheid geven, tijd in beslag nemen die je zinvoller zou kunnen besteden in overleg met Mij in je hart.

Doe de dingen die je wilt en je plezier geven, die hoef je niet los te laten, maar waak er tegelijkertijd voor dat je ook zicht houdt op het doel van je verblijf op aarde, op hetgeen Ik je in je hart aangeef, laat dat niet overstemmen door wat minder belangrijk is. Blijf vrij in je keuzen, wees zoals je bent, let daarbij ook steeds op je medemensen en vergeet niet om regelmatig in je hart bij Mij te komen, zodat je steeds vanuit Mijn liefde op alles zicht houdt, in de juiste verhouding.

Hemels Brood 6827

Met de onwetendheid van de mensen over Mij, Mijn bestaan, Mijn liefde en haar wijsheid houd Ik rekening in Mijn grote Plan, het ware gelukzalige leven voor alle mensen voor eeuwig tot in de oneindigheid. En daarbij houd Ik rekening met de vrijheid van alle mensen, zodat leven hun eigen keus gaat zijn.

En juist alleen op aarde is alles zodanig verzorgd aanwezig, dat alle mensen in hun vrijheid tot dat ware leven in volkomen gelukzaligheid kunnen komen. Waarbij die gelukzaligheid puur het ervaren van Mijn oneindig onbaatzuchtige onvoorwaardelijke liefde voor ieder mens persoonlijk en voor alle mensen tezamen is. Zie, want Mijn liefde in haar volle volmaaktheid voelen, is gelijk in de volle gelukzaligheid zijn. Wanneer iemand voelt geliefd te zijn, door bijvoorbeeld zijn ouders, zijn partner, zijn kinderen, zijn kleinkinderen, of medemensen, dan voelt hij een mate van blijdschap. Wanneer iemand zich niet geliefd voelt, voelt hij zich niet zo blij en verlangt hij naar liefde, zich daarvan al dan niet bewust.

Wie een weinig van Mijn liefde in zijn hart voelt, die raakt geroerd en blij, maar wanneer te zijner tijd iemand helemaal doorstraald van Mijn liefde is, zal hij in de enorme gelukzaligheid van het eeuwige leven zijn, tot in de oneindigheid van zijn. Nu, op de aarde, is dat ongekend, ongeweten, en hoewel Ik ook nu alle mensen volkomen volmaakt tot in de oneindigheid intens liefheb, wordt dat nauwelijks of niet gevoeld, beseft, geweten. Slechts een klein aantal mensen voelt zo nu en dan in zijn hart iets van Mijn liefde voor hem, en Ik zeg jullie, dat is nog niet het duizendste deel van een zandkorreltje ten aanzien van de oneindigheid van Mijn liefde, die in omvang en intensiteit volmaakt onmetelijk is.

Daarom kunnen jullie nog niet weten, nog niet beseffen, nog niet voelen hoe die gelukzaligheid van Mijn liefde is, want jullie vermogen tot liefhebben is nog te klein, jullie besef van Mij is nog te klein. Daarvoor zijn jullie op aarde, zodat jullie besef van Mij, van Mijn Zijn en van Mijn liefde en haar wijsheid in jullie kan groeien, wanneer jullie Mij en elkaar steeds meer gaan liefhebben. En dat gebeurt door Mijn liefde voor jullie allemaal.

Hemels Brood 6825

Zoek de waarheid altijd in jezelf, bij Mij. Ik ben de waarheid in alle opzichten, de waarheid van leven voor alle mensen. Maar nog niet alle mensen beseffen dat, en zoeken de waarheid buiten zichzelf, of beredeneren wat de waarheid is met hun verstand.

Het verstand rekent met feiten, met nummers, met gegevens, terwijl het hart de Bron van alle informatie in zich heeft, want het heeft Mij in zich. Die Bron, Die Ik Ben, kan altijd geraadpleegd worden, uit die Bron kan ook alle nodige liefde geput worden, want die Bron, Die Ik Ben, is liefde, is wijsheid uit liefde en is de waarheid van alle leven in de hele oneindigheid van Zijn. In die hele oneindigheid van Zijn beweegt het leven en vermeerderen de uitkomsten van leven zich in allerlei vormen van Zijn, waarbij de mens uitzonderlijk is, omdat de mens als enige de bewustheid in zich heeft van Mijn Zijn en van het eigen zijn uit Mijn Zijn, de bewustheid heeft van zijn eigen vorm, de mens, als enige levensvorm uit Mij geschapen naar Mijn beeld en gelijkenis, begaafd met alle mogelijkheden van Mijn Goddelijke Wezenlijkheid, zonder zelf Mij te zijn.

Maar de mens ziet zichzelf als zodanig niet en denkt de eigen heerschappij gelijk Mijn Goddelijkheid te bezitten. Dat is een grote misvatting die in de mens gegrond is door zijn oorspronkelijke afdwaling van wie en wat hij werkelijk is en nog altijd kan zijn. In de grond van zijn bestaan is de mens uit Mijn liefde, liefde, maar in de grond van zijn bestaan is zijn afdwaling gebonden om te overwinnen, zoals Ik in Jezus Christus overwonnen heb wat in de grond van de mens gebonden is. Zo is de mens bevrijd, maar het is wel nodig dat hij die vrijheid zelf aanneemt en zich met Mij en Mijn ware liefde en haar wijsheid verenigt om de reeds aanwezige verlossing mee te maken in zichzelf.

De blindheid waardoor de mens niet ziet, niet beseft, niet weet, niet begrijpt, zal op zijn tijd worden weggenomen, dan zal Ik voor hem staan en hij zal dan de keus krijgen om in alle vrijheid tot werkelijk leven te komen. Dat zal zo zijn op het moment dat hij alles kan beseffen, alles kan weten, alles kan zien, alles kan begrijpen, en in vrijheid Mij voor altijd wil leven in ware gelukzaligheid.

Hemels Brood 6823

Wie behalve Mij ook zichzelf wil leren kennen, laat hij in alle oprechtheid bij Mij komen en Ik zal hem zichzelf in alle opzichten tonen. Want om Mij goed en diep te leren kennen, is het nodig om ook jezelf goed en diep te leren kennen. Om bij jezelf je misvattingen, je onvermogen, je onwaarheden, je afkeer en je voorkeur, je gebrek aan zicht, je motivaties tot handelen of niet handelen, in alle opzichten te leren kennen. Daarbij is het belangrijk dat je ten aanzien van dat alles gezuiverd wordt. Want hoe zuiverder je in alle opzichten bent, des te zuiverder kun je Mij kennen, Mij in je verstaan, en des te zuiverder zal je liefde gelijk Mijn liefde en haar wijsheid worden.

Wie dat wil en daarvoor in alle oprechtheid in zijn hart bij Mij komt, die zal Ik alles tonen en hij zal zichzelf, en daarmee Mij, ten diepste leren kennen. Maar dat gaat niet in een korte tijd, van vandaag op morgen, dat gaat niet snel, dat gaat langzaam en daarbij is het nodig om elke dag meerdere keren in alle oprechtheid bij Mij te komen. Niet als een plicht of als een dagtaak, niet als een werk dat nodig is. Het is nodig dat je komt uit eigen vrije wil, uit een waar verlangen om Mij en jezelf dieper naar waarheid te leren kennen, met de bereidheid om de pijn en de schaamte te doorstaan die je te voelen krijgt wanneer Ik je al je afdwalingen van het ware goede toon. Wanneer Ik je misvattingen in Mijn heldere licht zet, je onvermogen, je trots, je gebreken in Mijn heldere licht zet, wanneer Ik je toon wat je anderen tekortgedaan hebt en wat daarbij je werkelijke motivaties waren. Want het zal allemaal pijn doen en schaamte wekken en het zal je op een onprettige wijze vernederen, vooral waar je dacht het goed te doen, maar niet zag dat het niet goed was, waar je anderen onterecht beschuldigd hebt, gekwetst hebt en dacht juist te handelen. Er is veel wat je dan in Mijn licht onder ogen krijgt, en dat zal moeilijk voor je zijn.

Maar je leert er wel meer en meer Mij door kennen, je zult ook meer en meer Mijn licht kunnen verdragen, je zult innerlijk steeds zuiverder worden in waarheid, liefde en wijsheid, eerlijker en zachtmoediger worden en nederiger ten aanzien van Mij en je medemensen. Daarbij zul je meer en meer groeien tot de mens die Ik naar Mijn beeld en gelijkenis geschapen heb, en in alle waarheid en vrijheid zul je ware liefde en haar wijsheid zijn, volledig gelukzalig leven.

Hemels Brood 6821

Wanneer Ik op een bijeenkomst van jullie gelovigen herkenbaar zou verschijnen, waar zouden jullie Mij dan aan jullie tafel zetten? Want onder gelovigen is er geen ereplaats meer aanwezig, als het goed is. Het zou ook niet zo zijn dat Ik op een ereplaats gezet zou willen worden, het zou voor Mij genoeg zijn om plaats tussen jullie allen te krijgen.

Maar wie van jullie zou naast Mij willen zitten? Want er is dan slechts Mijn linker- en Mijn rechterzijde en ieder zou van daaruit verder van Mij vandaan komen te zitten, tot aan het einde van de tafel. Wie zou aan het eind van de tafel het verst van Mij vandaan zitten? Want het zal zo zijn dat allen dicht bij Mij willen zitten, of sommigen juist niet, vanwege hun gevoel van onwaardigheid. Maar wie is dan wel waardig om naast Mij te zitten?

Ik zie in jullie het verlangen om Mij in jullie kringen te ontvangen en tegelijkertijd het gevoel van onwaardigheid, waardoor de gedachte er is dat Ik niet zomaar in een menselijk lichaam bij jullie verschijnen zal. Dan vraag Ik jullie, wat wanneer Ik dat wel zou doen? En daarbij vraag Ik jullie, zou je Mij liever ontmoeten in een menselijk lichaam dan in je hart, daar waar Ik het dichtst bij ben, bij jullie allemaal? Want Ik ben in jullie dichterbij dan Ik als mens aan jullie tafel bij jullie kan zijn.

Aan jullie tafel kunnen er slechts twee naast Mij zitten, en het zal erom spannen wie dat mogen zijn, en wie er dan het verst bij Mij vandaan komen te zitten. Zie, de ene mens is voor Mij niet belangrijker dan de andere mens, alle mensen zijn in Mijn liefde even belangrijk, dat betekent dat alle mensen naast Mij zouden mogen zitten, maar dat is in jullie menselijk materiële omstandigheden niet mogelijk.

Ik zit niet in een menselijke gedaante naast jullie, maar in Mijn Goddelijk Geestelijk Zijn, en Ik zit niet alleen naast jullie allemaal, maar Ik ben ook in jullie allemaal aanwezig. Hoe dicht ieder van jullie bij Mij is, ligt aan ieder zelf, aan ieders liefde voor Mij, aan ieders nederigheid, aan ieders doen en laten, aan ieders hart en aan ieders contact met Mij in zijn hart, uit eigen vrije wil. En zo zitten jullie allemaal aan het eind van de tafel of naast Mij, want er kunnen oneindig veel mensen naast Mij zitten, in ware liefde.